Senza scappare mai più. Ik heb het lied vandaag vaak gehoord. Lekker nummer, nóg betere tekst. Want wie wil er nu weglopen? Ik niet… De winters zijn warm. Vooral het daglicht is magistraal: de zon schijnt hier elke dag zoals hij in Nederland pas aan het einde van de zomer doet. Tegen een azuurblauwe lucht. Dit is meer dan jeugdsentiment. Vergeet mijn liefde voor het volk en de gevoelens die een succo di frutta en Kinder Brioss oproepen. Mijn basis is in dit landschap gelegd. Net als mijn Nederlandse fundament waar ik abrupt uitgetrokken werd.
Pats boem, pas je maar aan.
Na een lang en stil protest (letterlijk: ik sprak maanden geen woord) was er een doktersbezoek voor nodig om de knop om te zetten. Als vijfjarige besloot ik vol overgave mijn Italiaanse leven te omarmen: de bergen, beste vriendin Giovanna en Diego, het opdondertje van de buren. In de ogen van mijn klasgenoten was ik een engel, mijn broer en ik waren bijzondere wezens in het kleine dorp in de Apennijnen. Het gefrummel aan je haren, al dat aanraken: ik vond het heerlijk. De Italiaan die met z’n hele lichaam huilt, discussieert en liefheeft. In die expressieve wereld vierde ik mijn zesde, zevende en achtste compleanno.
Toen moest ik terug. Lees meer…
13 jan
2015
06 jan
2015
Ze zat op het randje van de fontein. Ze was prachtig. Lief. Er zat iets triests in haar houding. De rug gebogen, met haar schouders naar binnen gedraaid.
Ik durfde niet dichter bij haar te komen.
De vleugels waren aangetast, er zaten scheuren in.
Ze voelde dat ik keek en draaide zich om. Haar ogen waren nat. Ik wilde vragen wat er was, maar ze plaatste haar vinger op haar lippen en sloot haar ogen. Lees meer…