27 okt
2014

‘Neen, helaas. Ik heb voor U geen andere tafel, we zitten helemaal vol.’
Lichtelijk teleurgesteld nemen we plaats aan het minuscule tableautje, dat zich verraderlijk dicht naast de deur bevindt. Het zwarte velours gordijn moet de tocht tegenhouden, maar dat is niet het geval. Niet klagen, we zitten wel bij de meest populaire Italiaan in Antwerpen. Er is overigens niks Italiaans aan de naam Ferrier 30. Gelukkig ziet de gastheer er als een Latijnse homo uit: hij heeft een strakke broek aan, is net iets te bruin en is zeer verzorgd. De kale man heeft een vette walm Acqua di Parma bij zich. Het is hartverwarmend hoe nepotisme in deze Belgische uitsparing hoogtij viert: het gros van de eters is of vaste klant of huisvriend. De benadering door het bedienend personeel (100% mannelijk) is nederig, bijna slaafs. De overige tafeltjes voor twee, daar waar wij zo graag hadden willen zitten, zijn in no time bezet door een paar mannelijke stellen. Na het zoveelste koppel moeten we lachen zodra het gordijn open gaat. De gastheer zegt blij: ‘Oh ik dacht, gij komt niet meer!’ en veegt daarbij van opluchting het denkbeeldige zweet met zijn pols van het voorhoofd.
Wat een drama. Lees meer…

08 okt
2014

Ik lig als een vaatdoek op het voordek. Al urenlang. We kabbelen midden op de oceaan, ergens tussen twee Kaapverdische eilanden. Er staat geen zuchtje wind en toch ben ik hondsziek. Door het deinen van de oceaan is mijn evenwichtsorgaan volledig de weg kwijt. Ik crepeer als een aangespoelde walvis.
Wat een mindfuck: een klein orgaan laat je alle kleuren gal overgeven en als het lang genoeg duurt, ga je nog hallucineren ook. Ik moet in die helblauwe oceaan duiken. ‘Dan ben je acuut verlost van die ellende. Doe het dan…’, spookt er door mijn hoofd. Ik lig vlakbij de enige oplossing, sterker nog: ik ben er maar één sprongetje van verwijderd. Het lukt niet eens om op te staan.
Kijk,’ gilt Leonie enthousiast. ‘Daar bij de boeg… dolfijnen, ze zwemmen met ons mee. Wat zijn het er veel!’ De oeh’s en aah’s klinken in stereo.
Ik kan en wil niet kijken. Niet nu.
‘Breng me aan wal. Gaat er nog iemand werken op dit slavenschip?’ Lees meer…