Hij zat ergens heel diep in mijn geheugen. Maar door een klein voorval moest ik ineens aan hem denken: mijn Vreselijke Leraar Nederlands. Het was mijn favoriete vak op school maar niet toen ik bij hem in de klas zat. Mijn VLN vond zichzelf geniaal en wilde graag met de leerlingen bevriend zijn. Hij was onaantrekkelijk (hij droeg van die grofgebreide truien om zijn dikke buik te verhullen) en ik had vanaf dag 1 een pesthekel aan hem. Hij was ‘het brein’ achter het jaarlijkse schooltoneelstuk en gaf in zijn lessen Nederlands de voorkeur aan zijn theaterpupillen. Daarnaast was hij bezeten van Multatuli en alles wat met Douwes Dekker te maken had. Dat hield in de praktijk in dat je als leerling tijdens zijn lessen dia’s van zijn Multatuli-bedevaart naar Indonesië moest bekijken. Het ritueel slachten van een karbouw werd daarbij uitgebreid in beeld bracht. Gaandeweg de voorstelling werd ik steeds kwader. Ik stak netjes mijn vinger op en vertelde hem dat ik het aderlaten van een waterbuffel niet onder Nederlandse les vond vallen. Doodse stilte. De leraar keek me boos aan en ik staarde terug. Zijn volgelingen sisten van afschuw over zoveel commentaar. Al deze volgelingen, zijn oogappeltjes, kregen uiteraard hogere cijfers voor hun tentamens en het mondelinge examen dan de gewone leerling. Dat was algemeen bekend. Lees meer…