Man
 
‘Schrijf je in bij Parship of ga eens op een blind date. Tinder schijnt ook leuk te zijn’, ze kijkt me bewust niet aan. De koffie vliegt bijna over tafel want ik schiet in de lach.
Daten? Ik moet er even niet aan denken.
We zitten in een koffiebar, we zijn op shopping spree voor onze meisjes die feestelijke kleding voor het kerstdiner op school nodig hebben. Mijn vriendin Anna is een type dat geen dag alleen kan zijn. Als haar huwelijk ooit eindigt zal ze óf haar echtgenoot ingeruild hebben óf meteen in de armen van de eerste de beste springen. Ze vindt het oprecht raar dat ik er bewust voor kies alleen te zijn.
‘Je hoeft toch niet meteen een relatie met zo’n vent? Doe het alleen voor de seks, ook goed.’

God, wat kent ze me toch slecht. Ik heb geen behoefte om dat onderwerp aan te snijden of in te gaan op haar suggesties. Dus prop ik mijn mond vol met biscuitjes.
‘Nou?’, zegt Anna, met het hoofd op een dwingende manier scheef.
Ik trek mijn schouders op. ‘Ik dacht dat je me zo onderhand wel kende…’
‘Nee, je denkt dat je er niet aan toe bent maar dat is onzin Maaike.’
Ook dat nog.
Ik friemel wat in mijn tas, waar had ik mijn aansteker toch gelaten?
Godsamme, ik heb geen vuur en ben ook ineens in een gesprek beland waar ik niet op zit te wachten. Ze krijgt geen antwoord dus Anna besluit lekker door te zagen.
‘Er zijn zoveel mensen van onze leeftijd die scheiden. Bijna iedereen vindt snel een nieuwe partner.’
Wie zit ze eigenlijk waar van te overtuigen?

Wat ik denk is: ik wil geen afspraakjes, blind dates en ongemakkelijke situaties. Ik kan mezelf niet verkopen. Bovendien houd ik van de spontane liefde, je weet wel: één blik = vurige passie.
Wat ik zeg is: ‘Pff, moet ik alle gaten weer harsen. Dat eeuwige getwijfel: zoen je wel of niet meteen? Zeg ik dat’ ie saai is of bel je hem gewoon niet meer… Wat is asocialer? Dat soort dingen. Vreselijk.’
‘Tja.’ Anna lacht. Gelukkig, denk ik, ze laat het onderwerp liggen.
Maar als we samen naar buiten lopen begint ze opnieuw.
‘Veel mensen die jaren geleden uit elkaar gingen hebben nu nieuwe, samengestelde gezinnen, dat gaat vaker goed dan je denkt.’
Ok, ze vraagt erom.
‘Het is slechts drie maanden geleden Anna, drie keer vier weken, dat we gescheiden zijn. Het is voor iedereen wennen, deze nieuwe familievorm. Of wat er nog van over is. Zo’n samengesteld gezin, alsjeblieft zeg. Wil je dat ik daar nu echt over nadenk? Ik heb al genoeg aan de invulling en logistiek van de komende feestdagen. En trouwens, dat ik oud en eenzaam overblijf, is jouw angst. Projecteer die niet op mij.’
Ha, ik ben trots op mijn rappe tong, dat zal d’r leren me een vreemde man of nieuw gezin aan te smeren.
‘Nee’, zegt ze. ‘Ik wil dat je aandacht en liefde krijgt. Echte troost van iemand met een bruine huid.’ Ze glimlacht. Ik geef Anna een kus op de wang en haak tevreden mijn arm in die van haar. Ja, ze kent me.

 
De volgende dag help ik Puck in de nieuwe jurk, straks is de viering op school. Als ik een vlecht in het haar maak en vraag of ze er een beetje zin in heeft, zegt ze: ‘Ja, want opa en oma zijn erbij en ik mag zingen!’
Ze draait zich om.
‘De moeder van Sara heeft een andere man, die helpt vanavond ook.’
‘Ja? Wat fijn, is hij leuk?’
‘Weet ik niet, maar Sara vindt hem aardig. Mama… wil jij eigenlijk een nieuwe man?’
Het elastiekje knapt uit mijn handen.
‘Lieverd, ik moet er even niet aan denken.’